U bent hier: Welkom » Personen » Oude Gemeente Weerselo » Schoonman, Geert (Rooie Geert)

Schoonman, Geert (Rooie Geert)

  • Geboren 31-08-1917 te Wormerveer.
  • Overleden 12-10-1944 te Weerselo, gefusilleerd op vliegveld Twente – 27 jaar.
  • Z.v. Antoon Johannes Fredericus Schoonman, olieslager, en Cornelia Allegonda Brandsma.
  • Verloofd met Bertha Kempers.

Geert was commies en verzetsstrijder. Tijdens de strijd om de Grebbeberg was hij sergeant bij de Verbindingsdienst Genie. Na de capitulatie van het Nederlandse leger werd hij aangesteld als grenscommies te Glanerbrug. In januari 1941 ontmoette hij hier Johannes ter Horst die reeds volop in het verzetswerk zat. Ook Geert, bijgenaamd Rooie Geert, raakte betrokken bij het verzet, eerst bij de hulp aan uit Duitsland gevluchte Franse krijgsgevangenen, later ook Joden en neergeschoten geallieerde piloten. Dit in samenwerking met Johannes ter Horst en Jules Haeck. Begin oktober 1942 werd hij overgeplaatst naar Zundert. In december 1943 liet hij zich weer overplaatsen naar Twente en vestigde zich bij zijn verloofde Bertha. Ze woonden op de Hölterhof aan de Hölterhofweg 327 te Enschede, beiden speelden een belangrijke rol in het verzet.

Geert zette zijn verzet voort als lid bij de Knokploeg Enschede, waarvan Johannes ter Horst de leider was. Hun verzetsgroep voerde meer dan 50 gewapende acties uit, waarbij niemand werd gearresteerd of gedood. Geert Schoonman was actief betrokken bij de bevrijding van onder andere Frits de Zwerver uit de Koepelgevangenis te Arnhem op 11 mei 1944 en de bevrijding van 54 gevangenen uit het Huis van Bewaring te Arnhem op 11 juni 1944. Ook nam hij deel aan de bevrijding van twee ter dood veroordeelden – waaronder verzetsman Piet van Dijk jr. – uit het Huis van Bewaring te Almelo op 22 maart 1944. Toen Johannes in juni 1944 de leiding kreeg over de Knokpoegen van Oost-Twente, volgde Geert hem op als leider van de K.P.-Enschede. In september 1944 voerde hij een aantal spoorwegaanslagen uit. Johannes ter Horst werd op 22 september 1944 opgepakt en de volgende dag door S.D.-chef Schöber doodgeschoten. Ze waren tot aan hun dood onafscheidelijk. Na zijn dood vond er een reorganisatie plaats en werd Geert belast met de leiding over afwerpterreinen in Oost-Nederland. Zo was hij direct betrokken bij een drietal wapendroppings.

Geert werd op 6 oktober 1944 opgepakt toen hij als controleur afwerpterreinen bij boer Evers ‘de Paus’ in Hezingen verbleef. Hierbij was ook de ondergedoken familie Menco uit Almelo. Vader Menco werd met zijn drie zoons doodgeschoten aan de voet van de Kuiperberg. Moeder en dochter werden weggevoerd, van hen is nooit meer iets vernomen. Op dat moment was ook Chiel Ploeger, lid van de Twentse Knokploeg, op de boerderij ondergedoken. Hij zat verstopt op de hooizolder en werd door de landwachters over het hoofd gezien. Hij was eerder ternauwernood aan de dood ontsnapt bij de inval op Huize Lidwina. Een paar weken later werd hij alsnog in Luttenberg gearresteerd en bij een vergeldingsactie op de Woeste Hoeve gefusilleerd. Geert en de tegelijk opgepakte Bernard Evers werden bij hun vluchtpoging beschoten en gewond naar het ziekenhuis vervoerd. Een bevrijdingsactie van het verzet mislukte.

Vanuit het ziekenhuis werden ze op 11 oktober naar de gevangenisbunker op vliegveld Twente gebracht, waar ze aan een martelend verhoor werden onderworpen. Geert werd samen met Bernard Evers op 12-10-1944 gefusilleerd achter deze bunker. Ze werden in de omgeving van de bunker in een bomkrater gegooid die gedeeltelijk werd gedempt. Pas drie jaar later in oktober 1947 werd zijn stoffelijk overschot – en dat van elf andere gefusilleerden waaronder Bernard Evers – op aanwijzingen van de gevangengenomen S.D.-chef Schöber gevonden. Zijn ouders ontvingen zijn drie gouden ringen, waaronder zijn verlovingsring.

Op verzoek van zijn vader werd middels een uitspraak van de rechtbank te Almelo het overlijden in Weerselo geregistreerd. Het gedeelte van het vliegveld waar hij gevonden werd, behoorde toen tot de gemeente Weerselo.

Geert werd op 1 november 1947 onder grote belangstelling begraven op de Algemene Begraafplaats te Zaandam. Hierbij waren veel Twentse verzetsmensen en ook de familie Evers aanwezig. De rouwdienst stond onder leiding van de door Geert uit Arnhem bevrijde dominee Slomp, alias ‘Frits de Zwerver’.

Herbegraven: Nationaal Ereveld te Loenen, vak C nr. 241.

Postuum onderscheiden met het Verzetskruis.

Verzetsmonument te Zaandam en Provinciaal Verzetsmonument te Markelo.

Monument te Deurningen naast het vliegveld.

Stolperstein aan de Hölterhofweg 327 te Enschede.

In 2019 verscheen het boek ‘Helden sterven jong’, een familieverhaal over een verborgen verleden in de Tweede Wereldoorlog, geschreven door Anne Vera.

  

Evers en Schoonman - Zwerver 1947

Uit blad ‘De Zwerver’ 1947

W44 Schoonman Geert_01

W44 Schoonman Geert_02

Schoonman GeertW44 Schoonman Geert_04Schoonman GeertSchoonman Geert